Gereformeerden in oorlog

BoerenoorlogBoeren kende ik uit romantische gereformeerde verhalen van L. Penning: stoere, bebaarde calvinisten, die met de Statenbijbel in de hand in ossenwagens uit de Kaapkolonie vertrekken en zich zo’n duizend kilometer noordelijker vestigen. Het nieuwe Israël, nu op Afrikaanse grond. Voortrekkers worden deze nazaten van Nederlandse kolonisten genoemd. De Engelse dominantie zijn ze beu. Ze stichten Transvaal en Oranje Vrijstaat, twee onafhankelijke republieken. Aan het einde van de negentiende eeuw wordt er goud gevonden in Transvaal. In een paar jaar tijd wordt een stad vol goudzoekers uit de grond getrokken, Johannesburg. Het leidt tot conflicten met de Engelsen.

In 1899 loopt het uit de hand. In hun overmoed stellen de Boeren de Britse overheid een ultimatum. Daar moet je bij de trotse wereldgrootmacht van die dagen niet mee aankomen. Duizenden militairen worden ingescheept. Ondertussen vechten de Boeren als leeuwen. Ze kennen het land, zijn het klimaat gewend en zijn gemotiveerd tot op het bot. De Engelsen denken de oorlog op het slagveld te kunnen beslissen, maar de taaiheid van de Boeren doet hen beslissen op de tactiek van de verschroeide aarde over te gaan. Vrouwen, kinderen en krijgsgevangenen worden in interneringskampen geplaatst. De omstandigheden zijn zo slecht dat duizenden sterven, vooral kinderen. Uiteindelijk halen de Boeren bakzeil. Maar de Engelsen kunnen ook niet zonder die rare dutchmen. Het vredesvoorstel pakt goed uit voor de Boeren. Ze worden schatplichtig aan de Engelse koning, maar houden zelfbestuur. De zwarte bevolking, ruimschoots in de meerderheid, blijft rechteloos. Apartheid is nog maar één stapje verder.

De oorlog gaat de boeken in als De Boerenoorlog. In het Nederlands verscheen er maar weinig over. Tot voor kort. De Boerenoorlog van Martin Bossenbroek is een lijvig, maar zeer leesbaar verslag. Aan de hand van drie ooggetuigen, die alle drie een dagboek bijhielden dat bewaard is gebleven, vertelt hij het verhaal. Bossenbroek vertelt het verhaal vanuit Nederlands perspectief. Wij waren op handen van onze taalgenoten, onze neven en nichten. We exploiteerden er spoorlijnen, boden president Paul Kruger onderdak. Bovendien waren ze ook gereformeerd. De verwantschap is er nog steeds. Ondanks het felle Nederlandse verzet tegen de apartheid zijn veel Afrikaners de laatste decennia naar Nederland gekomen. De Boerenoorlog is een stuk geschiedenis dat ook over ons gaat. De romantiek van Penning blijkt een tijdgebonden beeld. Bossenbroek zou er iets van moeten hebben. De betekenis van het geloof voelt hij niet echt aan. Maar zijn boek is sprankelend en doorwrocht.

Arie Kok

Dit artikel verschijnt in de rubriek Uitgelezen in Reveil februari 2013.

Een reactie plaatsen

Opgeslagen onder Artikelen, Boeken, Recensies, Reveil

Plaats een reactie